In ’s-Hertogenbosch maakte de eenheidsleiding van de politie Oost-Brabant bekend dat een collega per 17 september onvoorwaardelijk strafontslag heeft gekregen wegens ernstig plichtsverzuim. De kern van de zaak: de medewerker verrichtte nevenwerkzaamheden in strijd met de verleende toestemming. Het bericht is kort, maar de implicaties zijn groot. Het raakt aan de essentie van politiewerk: betrouwbaarheid, onafhankelijkheid en voorbeeldgedrag. Wat betekent zo’n maatregel, en waarom is juist bij de politie de lat voor integriteit zo onverbiddelijk hoog?
Waarom nevenwerkzaamheden zo gevoelig liggen
Nevenwerk is op zichzelf niet verdacht. Een tweede baan, vrijwilligerswerk of een ondernemende bijverdienste kan zinvol zijn – voor persoonlijke ontwikkeling of maatschappelijke betrokkenheid. Bij de politie is de context echter uniek. Agenten en medewerkers beschikken over informatie, bevoegdheden en een positie in het publieke domein die misbruikgevoelig is. Zelfs de schijn van belangenverstrengeling kan het vertrouwen van burgers aantasten. Daarom gelden strikte regels, waarbij elke nevenactiviteit vooraf beoordeeld en vastgelegd moet worden.
De kernvraag is niet alleen: mag het? Maar ook: kan het zonder risico’s voor integriteit, onafhankelijkheid en vertrouwelijkheid? Denk aan activiteiten in dezelfde regio, commerciële belangen die raken aan politietaken, of werkzaamheden die botsen met het noodzaak tot onpartijdigheid. De norm is streng, omdat het vertrouwen van de samenleving fragiel is: wat in jaren wordt opgebouwd, kan in een enkel incident worden verspild.
Toestemming is geen vrijbrief
In dit geval is benadrukt dat de nevenwerkzaamheden in strijd waren met de verleende toestemming. Dat maakt duidelijk hoe belangrijk voorwaarden zijn. Toestemming is geen statisch ja-woord, maar een set kaders: uren, rol, aard van het werk, geografische reikwijdte, en vooral: geen overlap met politietaken of informatiepositie. Wie van die voorwaarden afwijkt – bewust of onbewust – zet zijn eigen integriteit en die van de organisatie onder druk.
Het kader: plichtsverzuim en de zwaarste sanctie
Bij de politie is plichtsverzuim een ernstige constatering: gedrag dat indruist tegen ambtelijke plichten of integriteitsnormen. Een onvoorwaardelijk strafontslag is de zwaarste disciplinaire maatregel en wordt niet lichtvaardig opgelegd. Dat zo’n beslissing is genomen, wijst op een situatie waarbij de risico’s of de overtreding substantieel waren. De boodschap is helder: integriteitskaders zijn niet optioneel. Ze beschermen zowel de burger als de collega’s die elke dag onder druk het juiste proberen te doen.
Hoewel de rechtspositie van politiemedewerkers verschilt van andere sectoren, is het principe vergelijkbaar: transparantie, toetsing en naleving. Integriteitscodes, meldplichten en registratiesystemen bestaan niet om te hinderen, maar om helderheid te scheppen. Ze geven medewerkers een houvast om grijze gebieden te vermijden en bieden leidinggevenden een instrument om tijdig bij te sturen. Dat is geen wantrouwen, maar professioneel rentmeesterschap over een publieke taak.
Transparantie als werkwoord
Transparantie eindigt niet bij het indienen van een formulier. Het vraagt actieve updates wanneer omstandigheden wijzigen: nieuwe opdrachtgever, veranderde taken, andere tijdsbesteding. Ook vraagt het om kritische zelfreflectie: zou een buitenstaander dit als belangenverstrengeling kúnnen zien? Die simpele vraag is vaak de beste integriteitscheck. Daarbovenop hoort een cultuur waarin leidinggevenden laagdrempelig meedenken en collega’s elkaar durven aan te spreken.
De rol van preventie
Incidenten als deze onderstrepen het belang van preventie. Trainingen over integriteitsdilemma’s, periodieke herbeoordelingen van nevenwerk en duidelijke voorbeeldcasuïstiek helpen om regels te vertalen naar de praktijk. Ook een actueel register, steekproeven en heldere escalatielijnen maken verschil. Het doel is niet om fouten te bestraffen, maar om ze te voorkomen – zodat sancties als strafontslag uitzonderlijk blijven.
Betekenis voor collega’s en publiek
Voor collega’s is de boodschap pijnlijk maar duidelijk: de grens is hard. Juist omdat de overgrote meerderheid zich keurig aan de regels houdt, is consequent optreden bij overtredingen essentieel voor het morele kompas van het korps. Voor het publiek bevestigt de maatregel dat integriteit geen slogan is, maar een werkwoord dat leidt tot concrete consequenties wanneer het misgaat. Vertrouwen groeit wanneer principes zichtbaar worden gehandhaafd.
Nevenwerk op verantwoorde wijze blijft mogelijk, mits zorgvuldig ingekaderd. Dat vraagt om voorspelbaar beleid, moderne registraties en een open gesprek over risico’s. Wie zorgt voor duidelijke verwachtingen aan de voorkant, voorkomt teleurstellingen aan de achterkant. Uiteindelijk gaat het om hetzelfde uitgangspunt dat politiewerk draagt: handelen in het licht van de publieke taak, en altijd zó dat de schijn tegen je is uitgesloten.
De essentie van dit bericht uit ’s-Hertogenbosch reikt verder dan één casus. Integriteit is de valuta waarmee de politie haar legitimiteit betaalt. Die waarde ontstaat uit duizenden alledaagse keuzes, vaak onzichtbaar voor het publiek. Juist daarom is het bewaken van grenzen rond nevenwerk geen bureaucratische bijzaak, maar een kernonderdeel van professioneel politiewerk. Als regels, cultuur en voorbeeldgedrag samenkomen, blijft het vertrouwen intact—en kan de politie doen waar ze voor is: onpartijdig, betrouwbaar en ten dienste van de samenleving.


















